Het Milieuzakboekje is al jarenlang de eerste bron voor iedereen met vragen rond omgevings- en milieurecht. Dit jaar verzorgde een volledig nieuw team auteurs de redactie van dit standaardwerk. De ideale gelegenheid om kennis te maken met de nieuwe gezichten achter het Milieuzakboekje. Wie zijn ze? Wat zijn hun expertisedomeinen? En hoe zien zij de wetgeving evolueren?
Eerst en vooral, hoe hebben jullie de redactie van jullie eerste Milieuzakboekje ervaren?
Pierre Lefranc: “Wel, ik schrijf zelf in LibreOffice in plaats van in Microsoft Word, dus dat heeft voor wat calamiteiten gezorgd. Los daarvan was het vrij rustig op wetgevend vlak. Dat maakte het makkelijker om van start te gaan, want uiteindelijk is het een huzarenstuk om elk jaar een Milieuzakboekje uit te brengen.”
Ann Carette: “Voor sommige delen die ik zelf minder gebruik, viel het me op hoe nauwgezet alles is bijgehouden. Er is een zeer gedetailleerd voetnotenapparaat, met bijvoorbeeld alle actualisaties van wetgeving. Daar is veel werk in gekropen. Ook in het gedeelte dat ik onder handen nam, was niet veel nieuwe regelgeving te verwerken. Het ideale moment om in dit boek te duiken, met andere woorden.”
Erika Rentmeesters: “Dat geldt ook voor mij. Ik heb samen met Jan Van Eynde en Laura Vandervoort, twee jonge advocaten van ons kantoor, aan onze delen gewerkt. Als hun stagemeester wil ik dat ze kennismaken met het publiceren, dus zij hebben een aantal stukken voor hun rekening genomen. Dat vroeg wat coördinatie om te bespreken wie wat zou doen en overlap te vermijden. Hoewel het ook voor ons een inloopjaar is, is het toch een uitdaging om zo volledig mogelijk te zijn. We moeten doorheen het jaar alle wijzigingen bijhouden en oplijsten. Daarnaast heb ik de voetnoten geactualiseerd en meer verwijzingen naar artikels opgenomen. Op het gebied van omgevingsrecht verwacht ik dat er volgend jaar heel wat wijzigingen verwerkt moeten worden.”
Hendrik Schoukens: “Ik heb het gedeelte natuur onder handen genomen. Ik heb er bijkomende rechtspraak in verwerkt, want die was voordien niet zo prominent aanwezig. Verder viel er een en ander te vertellen over vegetatiewijziging, de passende beoordeling en de VEN-toets. De natuurwetgeving is op zich weinig veranderd, maar ik praat in de inleiding wel over het stikstofakkoord. In het gedeelte over klimaat vermeld ik het klimaatvonnis en het klimaattoetsarrest. Ook de nieuwe klimaatwetverordening op Europees niveau is opgenomen. En dan zijn er nog kleinere wijzigingen op het vlak van mest, jacht en bos.”
Tom Malfait: “Het was aangenaam samenwerken met de andere auteurs, die voor mij geen onbekenden waren. Ik heb me vooral gericht op materialen, afval en geluid. Daar vielen dit jaar weinig nieuwigheden op te tekenen. Er waren vooral kleinere redactionele ingrepen nodig. Het was handig om zo van start te gaan en momentum op te bouwen.”
"Hoewel het voor ons een inloopjaar is, is het toch een uitdaging om zo volledig mogelijk te zijn." - Erika Rentmeesters
Welke eigen accenten hebben jullie willen leggen?
Tom Malfait: “Iedereen heeft zijn of haar eigen stijl, maar het was vooral de bedoeling om de continuïteit te waarborgen.”
Erika Rentmeesters: “Dit eerste jaar zijn we nog niet sterk afgeweken van de uitgezette contouren. Op basis van onze ervaringen kunnen we de komende jaren meer eigen accenten leggen. De vraag is of we meer focus kunnen leggen op rechtspraak in plaats van alleen op het wetgevende, mét respect voor de verdiensten van de vorige auteurs.”
Hendrik Schoukens: “Ik heb in elk geval geprobeerd om de recente rechtspraak meer naar voren te brengen, want die miste ik in de vorige uitgaven. Het is wel opmerkelijk hoe gedetailleerd de wetgeving is bijgehouden.”
Ann Carette: “Het blijft een moeilijke afweging om te maken: hoeveel rechtspraak verwerk je? Het boek is nu al zo dik, dus we moeten ons daar in de toekomst goed over beraden. Maar ik ben het eens met Hendrik: in de klimaatzaak is rechtspraak cruciaal. Die volgt niet zomaar uit de wetgeving.”
“Het is een uitdaging om de balans tussen wetgeving en rechtspraak te bewaren.” - Ann Carette
Hendrik Schoukens: “De afweging wat we wel en wat niet opnemen, zal alleen maar belangrijker worden, nu er serieuze wetswijzigingen aankomen.”
Tom Malfait: “Het boek wordt ieder jaar een beetje dikker. We moeten erover waken dat het geen encyclopedie wordt. Als er thema’s bijkomen, moeten we ook kritisch durven kijken welke zaken we kunnen weglaten.”
Hendrik Schoukens: “En tegelijk moeten we het holistische karakter van het Zakboekje bewaren, dat voor velen het startpunt is van opzoekingen.”
Pierre Lefranc: “Ook in de vorige edities zag je verschillen in de stijlen van elk redactielid. Ze vulden hun eigen delen op hun manier in, vanuit hun achtergrond. Net zoals wij die rechter, advocaat of academicus zijn. In mijn delen heb ik bijvoorbeeld de rechtspraak geactualiseerd. Maar de fundamenten die de vorige auteurs hebben gebouwd, blijven overeind.”
Ann Carette: “Met de wijzigingen in de regelgeving die eraan zitten te komen, zullen we waarschijnlijk delen ingrijpender moeten gaan herwerken. Een moeilijke oefening: pas je je aan de bestaande stijl aan of herschrijf je alles in jouw stijl? Wat dat betreft is nieuwe wetgeving eenvoudiger, want daarover kun je met een gerust hart je eigen stuk schrijven."
Jullie verwezen al een aantal keer naar ingrijpende wijzigingen in wetgeving die eraan zitten te komen. Wat mogen we zoal verwachten?
Ann Carette: “Op korte termijn staat er vooral Vlaamse wetgeving in de steigers. Het Europese niveau is de sturende motor, maar Vlaanderen heeft voldoende vrijheden om zelf bepaalde lacunes in te vullen.”
Erika Rentmeesters: “Europa stuurt bijvoorbeeld de luiken rond natuur en MER. We zien nu dat de evoluties op vlak van rechtspraak worden gevolgd. Dat gebeurde vroeger te weinig.”
Hendrik Schoukens: “Ik vind het opvallend dat er op Europees vlak weinig nieuwe milieurichtlijnen komen."
Ann Carette: “Ik verwacht nog wel iets van de richtlijn bodembescherming. Die is blijven hangen door de klimaatproblematiek en de coronacrisis."
Erika Rentmeesters: “En op het vlak van bodemregelgeving staan we hier in Vlaanderen eigenlijk al heel ver.”
Ann Carette: “De vraag blijft natuurlijk of de richtlijnen veel verschil zullen maken. Onze wetgeving is vooral gericht op sanering. Ook het erosiebeleid zal herzien worden. Het zal ervan afhangen welke richting Europa uitgaat met bodembescherming."
Pierre Lefranc: Pierre Lefranc: “Sommige richtlijnen, zoals die rond habitat en vogels, zouden vandaag veel moeilijker goedgekeurd geraken, denk ik. We zien hoe de tijdsgeest, met de oorlog in Oekraïne en corona, meespeelt en de problemen op het vlak van milieu en biodiversiteit genegeerd lijken te worden. De tijdsgeest is het milieu niet goed gezind. Het is dus des te belangrijker dat er een Milieuzakboekje is. De wetgeving is zo ingewikkeld en omvangrijk geworden dat het moeilijk wordt om het bos door de bomen te zien.”
Ann Carette: “Er zijn ook sterke lobbygroepen uit de industrie en de landbouw en die wegen op de richtlijnen rond gevaarlijke stoffen. Voor hen staat er veel op het spel. De overheid kan wel richtlijnen en voorwaarden opleggen, maar de vraag blijft of het technisch mogelijk is om dat te doen, en of de overheid genoeg kennis over nieuwe, nauwelijks gereglementeerde stoffen heeft.”
Tom Malfait: “Die opmerkingen rond de bodem gelden ook voor de problematiek rond afval. Dat maakt het Oosterweelarrest duidelijk. Wanneer moet iets als afval beschouwd worden? Wat is de bodem? Wat is grondverzet? Is iets een afvalstroom of niet? Het blijven pertinente vragen.”
“De tijdsgeest is het milieu niet goed gezind. Het is dus des te belangrijker dat er een Milieuzakboekje is.” – Pierre Lefranc
Tot slot: Wat betekent het Milieuzakboekje voor jullie?
Pierre Lefranc: “Zelfs voor mij, die als specialist moet doorgaan, is het Milieuzakboekje het eerste dat ik ter hand neem. Het is het startpunt om mij juridisch te oriënteren in een dossier.”
Ann Carette: “Dat zeg ik ook aan mijn studenten. Het Milieuzakboekje is een algemeen werk dat zeer gedetailleerd is. Het is de toegang tot de regelgeving en belangrijke rechtsleer. Zo raak je vertrokken.”
Tom Malfait: “Ik kreeg mijn eerste exemplaar van het Milieuzakboekje van mijn vader toen ik afstudeerde. Het was mijn kennismaking met het milieurecht. In al die jaren is het een nuttig hulpmiddel geweest wanneer ik informatie wilde over materie waarin ik minder thuis ben. Ik hoop dat we nu de hoge standaard die er is, kunnen blijven handhaven en op onze eigen manier verder kunnen op het ingeslagen pad. We moeten het evenwicht blijven vinden tussen voldoende diepgang en toegankelijkheid. Zo zal het Milieuzakboekje het eerste naslagwerk blijven voor velen.”


Erika Rentmeesters

Hendrik Schoukens

Tom Malfait

Pierre Lefranc

Ann Carette
Ann Carette is bestuursrechter bij het DBRC/ Raad voor Vergunningsbetwistingen en deeltijds hoofddocent milieurecht aan de Universiteit Antwerpen. Ze is lid van de redactieraad van Tijdschrift voor Milieurecht.
Pierre Lefranc is lid van de Leefmilieukamer van de Raad van State en hoofdredacteur van Tijdschrift voor Milieurecht.
Tom Malfait is advocaat bij LDR Advocaten, een nichekantoor gespecialiseerd in de vele facetten van het omgevingsrecht. Zelf buigt hij zich vooral over afvalstoffen/materialen, bodem, grondverzet, afvalwaterheffingen, milieuaansprakelijkheid, milieuhandhaving en windturbines. Hij doceert afvalwetgeving aan de UGent.
Erika Rentmeesters is advocaat-vennoot bij Truyens Advocaten, waar ze zich specialiseert in publiek- en administratief recht, waaronder omgevingsrecht, en in vastgoedrecht. Ze is lid van de redactieraad van Tijdschrift voor Milieurecht.
Hendrik Schoukens is docent milieurecht aan de UGent en advocaat in diezelfde materie. Hij is ook schepen van leefmilieu en ruimtelijke ordening in Lennik. Daarnaast is hij lid van de redactieraad van Tijdschrift voor Milieurecht.
